Het Eindhoven Institute for Renewable Energy Systems (EIRES) wil samenwerken met bedrijven om slimme oplossingen te bedenken voor energieopslag en -conversie. De TU investeert de komende vijf jaar ieder jaar 2 miljoen in het instituut. EIRES houdt zich onder meer bezig met conversie en opslag.
Het instituut wil onderzoekers van de TU/e en makers van daarbuiten bij elkaar brengen om gezamenlijk onderzoek te doen naar energievraagstukken. “Dat gebeurt met een nieuwe benadering, namelijk door een sterke koppeling te maken met de hightech-industrie”, vertelt Richard van de Sanden, wetenschappelijk directeur van EIRES.
Het instituut doet onderzoek op vier verschillende gebieden, namelijk warmteopslag, de techniek achter duurzame energiesystemen, de ontwikkeling van CO2-neutrale brandstoffen voor de chemische sector en systeemintegratie.
Aanbod van zon en wind
Eén van de vraagstukken die Van de Sanden noemt is de fluctuatie van zonne- en windenergie. “Hernieuwbare energie fluctueert per seizoen en per dag en nacht. Daarvan willen we graag dat het op elk gewenst moment kan worden ingezet. In de zomer hebben we veel meer zonuren dan in de winter: daar zit een cruciaal probleem”, aldus Van de Sanden.
Kleinschalige oplossingen
De samenwerking tussen onderzoekers en makers moet leiden tot kleinschaliger en vooral tot goedkopere oplossingen. Van de Sanden: “Als je vanuit de energie en chemie naar het energievraagstuk kijkt, dan gaat het vaak over grootschalige en kapitaalintensieve opstellingen, omdat deze investeringen langlopend zijn. Door kleinschaliger te werken en de koppeling te maken met decentraal opgewekte energie, zijn minder grote investeringen nodig. Bovendien kun je door de kleinere schaal snel dingen aanpassen en verbeteren, wat leidt tot snellere kostendaling.”
Modulariteit
Als voorbeeld noemt Van de Sanden de energieopwekking van zon en wind, die voorspoedig verloopt omdat daar sprake is van meer modulariteit: “Iedereen kan zonnepanelen op zijn dak leggen”, aldus de wetenschappelijk directeur. “In dit instituut willen we de modulaire schaling als uitgangspunt nemen door samen te werken met hightech industrie. Zo komen we tot een versnelling en zijn er steilere leercurves die leiden tot een snellere kostendaling van energieopslag en -conversie apparaten voor bijvoorbeeld de gebouwde omgeving.”
Bron: Duurzaambedrijfsleven.nl